‘U vraagt, wij draaien’

Een verkeerd uitgangspunt voor het onderhoud van uw installaties

Het is een veelvoorkomende manier van bedrijfsvoering, het principe om in actie te komen zodra de klant daarom vraagt. Met name in de commerciële branche gaat deze vlieger regelmatig op, maar binnen de techniek en industrie komt deze manier van handelen ook voor.  

In dit artikel legt Ron van de Weerd uit dat dit absoluut niet de juiste methode is om het onderhoud van installaties te managen. Daarnaast deelt hij ook zijn oplossing om controle te houden over het onderhoud van je installatie. 

Reactief handelen

“U vraagt en wij draaien. Dat lijkt op het eerste oog te wijzen op een goede service richting klanten. En het is ook te prijzen wanneer een bedrijf direct in actie komt als een klant een vraag stelt”, legt Ron uit. “Het gevaar dat op de loer ligt is echter dat medewerkers in het bedrijf altijd druk hebben omdat ze alle vragen van klanten beantwoorden. Ze zijn puur reactief aan het handelen en lopen achter de feiten aan. Er wordt niet meer vooruit gedacht voor klanten. Iets waardoor ze daadwerkelijk die betere service kunnen bieden en ook problemen kunnen voorkomen”.

Onderhoud van installaties

“Dit voorbeeld is ook toepasbaar binnen de techniek en industrie”, stelt Ron. “Wij zien dat veel van onze klanten eenzelfde soort aanpak hebben rondom het onderhoud van hun installaties. Op het moment dat een installatie in storing gaat, dan komt men pas in actie. Het reactief handelen is altijd te laat. Een storing binnen een industriële installatie betekent dat het systeem stilstaat. Dat gaat vaak ten koste van het milieu, product en productie, iets dat voor elk bedrijf heilig is. Vandaar dat het zaak is om de downtime van een installatie te minimaliseren zodat de installatie maximaal voor je bedrijf kan renderen qua productie”.

Proactief onderhoudsplan

De oplossing volgens Ron? Een onderhoudsplan dat gestoeld is op proactief onderhoud. “Probeer vooruit te denken. Anticipeer op de bottlenecks in de installatie. Beschrijf tot in detail welke handelingen er verricht kunnen worden om de downtime van de installatie te beperken. Welke appendages passen het beste binnen de installatie? Op welke momenten kan het beste het preventieve onderhoud uitgevoerd worden? Hoe vaak op jaarbasis is dat nodig? Is het zinvol om een voorraad van appendages aan te leggen zodat de oude appendages direct verwisseld kunnen worden? De gewisselde appendages kunnen op een later tijdstip geïnspecteerd en gerepareerd worden. Dat zorgt er voor dat er een flinke tijdwinst, dus kostenbesparing behaald kan worden. Een storing komt namelijk niet meer onverwachts. Mocht dat toch voorkomen, ben je in staat om snel te wisselen. Dit geeft je maximale grip op het onderhoud en daaruit volgend de productie en het rendement van de installatie”.